Zuid-Amerika is onlosmakelijk verbonden met één specifiek dier: de lama. Je komt lama’s dan ook overal op het continent tegen, van het Andesgebergte, tot de pampa’s en de kustgebieden. Maar wist je dat er vier verschillende soorten lama-achtigen te vinden zijn in Zuid-Amerika? In deze blog lees je alles over de llama, alpaca, guanaco en vicuña. Zo weet jij precies hoe elke soort eruit ziet en waar je ze kunt tegenkomen!
Zuid-Amerika: het rijk van de lama’s
Lama-achtigen zijn al eeuwenlang (lees: méér dan 4.000 jaar) een vast onderdeel van de samenleving in Zuid-Amerika. Sinds mensenheugenis worden de dieren over het hele continent gehouden voor hun wollige vacht, vlees en mest. Bovendien zijn het sterke lastdieren en kunnen ze etenswaren en andere goederen over grote afstanden vervoeren. Pas na de komst van de Spanjaarden in de 16de eeuw maakte de bevolking in Zuid-Amerika kennis met andere lastdieren zoals paarden en ezels.
De vier verschillende soorten
In de volgende alinea’s nemen we de vier verschillende lama-achtigen met je door. Officieel zijn het trouwens allemaal kameelachtigen. Dat betekent dat ze familie zijn van de kameel en dromedaris!
1. Lama (de enige echte, in de volksmond llama genoemd)
Llama’s zijn de grootste van de vier lama-achtigen. Ze leven niet in het wild, maar zijn gedomesticeerd. Ze worden bijvoorbeeld als lastdier gebruikt in de bergen of gehouden voor hun vlees of vacht.
Leefgebied: Llama’s leven in het Andesgebergte van Ecuador, Peru, Bolivia, Noord-Chili en Noordwest-Argentinië. Bij voorkeur zitten ze op hoogtes tussen de 2.000 en 4.000 meter boven zeeniveau.
Uiterlijk: Llama’s hebben een stevige en ruwe vacht. De kleur van hun vacht is heel divers en kan uiteenlopen van wit tot donkerbruin. Ze hebben lange puntige oren en een lange nek. Llama’s zijn extroverte dieren en dit past ook wel een beetje bij een hele vervelende karaktereigenschap van ze, namelijk spugen!
2. Alpaca
Alpaca’s zijn net iets kleiner dan llama’s en gedomesticeerd in Zuid-Amerika. Ze worden met name gehouden voor hun extreem wollige vacht en malse vlees. In veel lokale restaurants rondom het Andesgebergte kom je dan ook alpacavlees tegen op de kaart. Iets voor jou?
Leefgebied: Je vindt alpaca’s in het Andesgebergte van Ecuador, Peru, Bolvia, Noord-Chili en Noordwest-Argentinië. Ze hebben de voorkeur aan extreme hoogtes tussen de 3.000 en 5.000 meter boven zeeniveau.
Uiterlijk: Alpaca’s hebben een wollige en zachte vacht, van wit tot donkerbruin. Vaak hebben ze uiteenlopende ‘hip’ geschoren kapsels ;-). Van alle vier de soorten hebben ze de meeste vacht, hierdoor is hun wol erg populair voor het maken van warme kleding. Alpaca’s hebbe korte ronde oren en zijn timide.
3. Guanaco
De guanaco is de op één na grootste van de vier (na de llama). Guanaco’s leven, in tegenstelling tot llama’s en alpaca’s, in het wild en zijn niet gedomesticeerd. De llama stamt af van de guanaco.
Leefgebied: Guanaco’s leven zowel in (semi-) droge gebieden als in bosrijke gebieden van Peru tot aan Vuurland. Je komt ze met name tegen op zowel de hoogvlaktes als kustplekken in Peru, Chili en Argentinië. Ze leven in groepen.
Uiterlijk: Guanaco’s hebben altijd een witbruine vacht en een grijs gezicht. Bovendien hebben ze opvallende en grote bruine ogen.
4. Vicuña
De vicuña is de kleinste van de vier. Ze leven net als guanaco’s in het wild en zijn niet gedomesticeerd. De alpaca stamt af van de vicuña.
Leefgebied: Vicuña’s leven op extreme hoogtes in de Andes, van 3.500 meter tot bijna 6.000 meter boven zeeniveau. Dit betekent dat je ze tegen kunt komen op de hoogvlakten van Chili, Argentinië, Peru, Bolivia en Ecuador.
Uiterlijk: De vacht van vicuña’s is witbruin en zacht. Ze hebben een licht gezicht (in tegenstelling tot de guanaco) en een elegante, bijna sierlijke, bouw.
Kameel vs. lama
Check de foto’s hieronder eens. Zo zie je toch echt wel dat de kameel en lama’s familie van elkaar zijn hè?
Meer algemene verhalen lezen over Zuid-Amerika? Ga dan naar een overzicht van alle blogs over Zuid-Amerika.